Door de sterke daling van de huizenprijzen zijn de prijzen weer vergelijkbaar met de ons omringende landen.
Dit is de conclusie van het Financieele Dagblad op basis van een eigen inventarisatie. In 2008 kostte een huis in Nederland nog gemiddeld €252.000. De gemiddelde prijzen zijn in vijf jaar tijd gezakt naar €215.000. In Duitsland en België zitten de huizenprijzen nu op ongeveer hetzelfde niveau. In tegenstelling tot Nederland zijn de huizenprijzen in deze twee landen juist gestegen.
Een huis in Duitsland kost gemiddeld €200.450. De komende jaren is de verwachting dat de prijzen nog blijven stijgen. In België ligt de gemiddelde prijs net iets boven Nederland, namelijk €215.500. In België wordt juist een daling van de huizenprijzen verwacht door het beperken van de woonbonus. De woonbonus is te vergelijken met onze hypotheekrenteaftrek.
Volgens een econoom van de Rabobank zijn onze huizenprijzen in de jaren ’90 snel gestegen doordat hypotheken relatief goedkoop werden door de spaarhypotheek en de aflossingsvrije hypotheek. De komende jaren zullen wij de gevolgen nog merken van het afschaffen van deze hypotheekvormen. Een hypotheek is namelijk duurder geworden, waardoor huizenkopers minder kunnen lenen.
Lees ook:Hypotheekrentebericht: weet De Hypotheker ook dat de rentes stijgen?
Lees ook:Huizen zijn bijna 4 procent duurder geworden
Lees ook:Sterk stijgende vraag naar hypotheken
Lees ook:Huizen te duur, hypotheekrente te hoog…
Lees ook:Rabobank: Nederlandse huizen zijn ondergewaardeerd